Ombuigingsopties

Ombuigingsopties

 
Zoals beschreven in het Koersdocument heeft het sociaal domein ombuigingsopties verkend voor de taakstellende bezuiniging van € 10 miljoen (exclusief budgetplafonds jeugd en wmo). Het programma Welzijn, Wijkontwikkeling en Zorg draagt met diverse maatregelen bij aan deze opgave. Deze zijn opgenomen bij  'Veranderingen in de begroting'.

In onderstaande tabel zijn alle ombuigingsopties opgenomen die zijn verkend, uitgaande van maximale bezuinigingen. De ombuigingsopties waarvan de bedragen in de kolom 'reeds ingezet door het college' zichtbaar zijn, zijn opgenomen bij het onderdeel 'Veranderingen in de begroting'.

Voor de ombuigingsopties die niet zijn ingezet is hieronder een toelichting opgenomen.

Facultatieve taken jeugdgezondheidszorg
Deze middelen worden ingezet voor o.a. jeugdverpleegkundigen op verschillende gebieden. Een deel hiervan wordt specifiek ingezet in meer kwetsbare wijken. Maar ook de brede school ondersteuningsteams vormen een belangrijke schakel tussen school en zorg als er problemen gesignaleerd worden op school.
Het bedrag gaat uit van het volledig stoppen met de extra facultatieve taken. Het is mogelijk om hierin deels af te bouwen door te werken met lagere taakstellingen.  Verzachtende maatregel zou kunnen zijn om de subsidies opnieuw te herijken en mogelijk slechts deels terug te draaien.

Welzijnswerk
De inzet van deze middelen is gericht op ontmoeting, participatie, vrijwilligerswerk, gemeenschapskracht, het stimuleren van zelfstandigheid en zelfredzaamheid en het stimuleren van informele hulp.
Een bezuiniging gaat in tegen de beleidsdoelstelling om meer problemen door de sociale basis op te laten lossen. We verkleinen hiermee het alternatief op 'formele' zorginzet in het kader van de wmo en/of jeugdwet.
Een bezuiniging vraagt meer beroep en oplossend vermogen van de sociale basis en (ongeorganiseerde) vrijwillige inzet. Als dit niet gerealiseerd wordt, zullen de bezuinigingen als gevolg hebben dat lichtere problematiek eerder verergert omdat het niet/minder goed opgepakt kan worden voordat een ondersteuningsvraag een zorgvraag wordt.
De besparing is gebaseerd op het volledig stoppen met alle subsidies in het welzijnsveld:
1. er kan gekozen worden voor werken met taakstellingen gekoppeld aan een lager ambitieniveau (%);
2. of geografisch besparen door de subsidies ongelijk te investeren en de besparing te laten landen in stadsdelen met een relatief hoge SES.

Incidenteel claimgeld gezondheid (en armoede)
Het gaat om € 200.000 die voor 2025 is toegekend voor terugdringen van gezondheidsachterstanden en € 150.000 die voor 2025 is toegekend voor een gezonde leefomgeving. Dit levert voor 1 jaar een besparing op.

Versoberen HH, hulpmiddelen, vervoersvoorzieningen
Met het inperken van de reikwijdte van de Wmo wordt beoogd om de schaarse geïndiceerde Wmo-ondersteuning beschikbaar te houden voor de inwoners die dat het meest nodig hebben. Dit vraagt een inhoudelijke én juridische verkenning om de reikwijdte in te perken (afbakenen van wie in aanmerking komt voor een geïndiceerde maatwerkvoorziening). Andere ondersteuningsvragen dienen voorliggend (bijv. met behulp van welzijnsoplossingen en andere algemene voorzieningen) opgepakt te worden.
Gezien de toenemende vraag verwachten we ondanks de maatregel geen opbrengst, maar enkel het remmen van de groei.

Wmo-Subsidie WijkGGZ schrappen
In plaats van schrappen kan gekozen worden voor het gedeeltelijk bezuinigen op WijkGGZ voor een lager bezuinigingsbedrag. Consequentie van een gedeeltelijke bezuiniging is dat de capaciteit van WijkGGZ wordt beperkt en daarmee het vermogen om snel en laagdrempelig aan te sluiten.  Door het schrappen van deze subsidie is laagdrempelige consultatie en advies op GGZ/LVB en ervaringsdeskundigheid voor professionals sociaal domein en huisarts/POH GGZ niet meer breed beschikbaar. WijkGGZ wordt nu 50/50 bekostigd door gemeente en zorgverzekeraar en WijkGGZ is onderdeel van de transformatie naar een Mentaal Gezondheidsnetwerk als uitwerking van het Integraal Zorgakkoord.

Sluiting maatschappelijke opvangvoorziening de Aanvang
De Aanvang functioneert nu als eerste opvang, naast het MFC. Het aantal zichtbare dak- en thuisloze mensen op straat neemt toe. 27 dak- en thuisloze mensen kunnen niet meer worden opgevangen. De begeleiding en ondersteuning voor deze groep valt weg. Het grootste risico is dat de effecten op langere termijn niet kunnen worden voorspeld. Naar verwachting neemt het aantal dak- en thuisloze mensen de komende jaren toe, en kunnen geen extra middelen vanuit het rijk met zekerheid verwacht worden. Wat eenmaal is afgebouwd kan niet zomaar terugkomen, en als dit wel moet dan zeker tegen hogere kosten.

Sluiting MFC
Sluiting betekent dat 20 dak- en thuisloze mensen kunnen niet meer kunnen worden opgevangen. Het MFC functioneert nu als eerste opvang, naast De Aanvang. Het aantal zichtbare dak- en thuisloze mensen op straat neemt toe. De begeleiding en ondersteuning voor deze groep valt weg. De huidige rond het MFC geconcentreerde overlast valt waarschijnlijk weg. Hier speelt hetzelfde risico als bij sluiting van de Aanvang.

Stoppen met maatwerkovereenkomsten BW
Maatwerkovereenkomsten zijn overeenkomsten met niet gecontracteerde zorgaanbieders aangezien zij wel een passend aanbod hebben voor inwoners met een BW indicatie en de gecontracteerde zorgaanbieders geen passend aanbod hebben. Een besparing zou kunnen variëren tussen 0 en 1-2 miljoen. In 2024 verwachten we voor ongeveer 3 miljoen aan Maatwerkovereenkomsten te hebben gecontracteerd. Circa 55% van deze besparing komt ten gunste van regiogemeenten conform regionale afspraken.  Het is mogelijk om met varianten te werken:

• Helemaal geen maatwerkovereenkomsten
• Een budgetplafond voor maatwerkovereenkomsten
• Alleen maatwerkovereenkomsten bij hoog risico gevallen