GR Veiligheidsregio-Zuid
Openbaar en gemeentelijk belang
De veiligheidsregio is verantwoordelijk voor crisisbeheersing, geneeskundige hulpverlening (GHOR), brandweerzorg en ambulancezorg. Door het voorkomen en bestrijden van incidenten, rampen en zware ongevallen bevordert de VRGZ de fysieke, regionale veiligheid. De wettelijke grondslag van bovengenoemde taken ligt in de Wet op de veiligheidsregio's, de Wet publieke gezondheid en de Wet ambulancezorgvoorzieningen. Voor de ambulancezorg geldt dat de verantwoordelijkheid voor de instandhouding van de organisatie en het waarborgen van een adequaat niveau van ambulancezorg een verantwoordelijkheid van de gemeenten is, maar de bekostiging een taak van de Nederlandse Zorgautoriteit.
Actualiteiten en risico's
De VRGZ houdt in haar programmabegroting 2025, het Regionale beleidsplan 2024-2027 en de meerjarenraming 2026-2028 zoveel mogelijk rekening met de nu al voorzienbare ontwikkelingen die op haar afkomen. Deze komen voort uit het Regionaal Risicoprofiel van 2024. Het gaat om ontwikkelingen op het gebied van data en technologie, sociaalmaatschappelijke ontwikkelingen, (geo)politieke ontwikkelingen en klimaatveranderingen of bijvoorbeeld de energietransitie.
Over het algemeen is te stellen dat het risico en de impact van rampen en crisis toeneemt. Afgelopen jaren waren de COVID-19 crisis en de oorlog in Oekraïne hier duidelijke voorbeelden van met een grote impact op de Veiligheidsregio. Deze rampen en crisis worden steeds vaker bovenregionaal en onvoorspelbaarder door bijvoorbeeld de technologische component.
Financieel gezien heeft ook de VRGZ te maken met de impact van geopolitieke ontwikkelingen met de impact van de prijsstijgingen en inflatie, zoals blijkt uit de begroting voor 2025. In het najaar delen zij, zoals elk jaar, een Kaderbrief met alle deelnemende gemeenten met de belangrijkste ontwikkelingen op financieel gebied. Daarnaast is de VRGZ aan het onderzoeken in hoeverre de verdeelsystematiek nog voldoet en op welke manier de impact van het vastgoeddossier in de toekomst verminderd kan worden.