Onderwijs

Wat kost het?

Veranderingen in de begroting

Bedragen * € 1.000

 2025

 2026

 2027

 2028

Beleidsvrije ruimte inzetten

100

100

100

100

Schrappen Peuterwerk onderbesteding

500

500

500

500

Schrappen Onderwijs onderbesteding

500

500

500

500

Schrappen subsidies Onderwijsachterstandenbeleid 

150

300

300

300

Voordeel Leerlingenvervoer

250

200

0

0

Taakmutaties

Jeugd (DU)

605

605

605

605

Totaal

2.105

2.205

2.005

2.005

Opmerking: min-bedragen betekenen verhoging van het budget (financieel nadeel); plus-bedragen betekenen verlaging van het budget (financieel voordeel).

Toelichting
Beleidsvrije ruimte inzetten
Het totale beleidsvrije budget binnen de onderwijsbegroting bedraagt circa € 500.000 structureel. Dit budget biedt (toekomstige) mogelijkheden om beleidsterreinen verder te ontplooien: bijvoorbeeld uitbreiding van de (naschoolse) rijke ontwikkelaanbod, kwaliteitsimpuls onderwijs en naschools aanbod. De doorontwikkeling brede scholen zal op de korte en lange termijn vragen om extra budget: opvangen van klappen bij subsidie wijzigingen (korte termijn) en extra impuls rijk van het ontwikkelaanbod of compenseren van de stop subsidie school en omgeving (lange termijn). Het beleidsarme budget valt hiervoor goed aan te wenden. Gelet op de bezuinigingsopgave wordt voorgesteld 20% (€ 100.000) van de beleidsvrije ruimte op te geven. Dit levert geen noodzaak om externen/subsidies te korten. Wel vermindert het budget om de herstructurering van de subsidies brede scholen op te vangen.

Schrappen Peuterwerk onderbesteding
Door overschatting van het aantal (geïndiceerde) peuters en onderschatting van de ouderbijdrage is er de laatste jaren sprake van onderbesteding op het peuterwerkbudget. Dit bedrag van € 0,5 miljoen kan worden ingezet als bezuiniging.

Schrappen Onderwijs onderbesteding
Door indexering van de begroting is financiële ruimte ontstaan in het programma. Dit bedrag van € 0,5 miljoen kan worden ingezet voor de bezuiniging ipv dit budget te programmeren voor beleidsintensivering. Dit heeft geen consequenties voor instellingen of kinderen/gezinnen. We kunnen dit budget echter niet inzetten om de afloop van tijdelijke rijksmiddelen op te vangen.

Schrappen subsidies Onderwijsachterstandenbeleid
Op het budget Onderwijsachterstandenbeleid (OAB) Algemeen wordt een groot aantal, veelal kleinere, subsidies verstrekt. Hiermee voeren we bovenwettelijke taken en activiteiten uit. Een deel van deze activiteiten bouwen we af of stoppen we mee in of na 2025.

Voordeel leerlingenvervoer
Door lagere vervoersaantallen in het ijkjaar 2023 en een latere volledige invoering van de zero-emissie ontstaat er in de jaren 2025-2026 een voordeel op de geraamde middelen voor Leerlingenvervoer. Vanaf 2027 is dit voordeel niet meer aanwezig omdat er vanaf dat jaar de zero-emissie voor 100% is ingevoerd.

Daarnaast zullen er binnen het programma een aantal zaken moeten worden omgebogen als gevolg van deze bezuiniging en in samenhang met recente (landelijke) ontwikkelingen:

  • Leesbevordering

Leesonderwijs is een kerntaak van het primair onderwijs. De huidige beleidsperiode leesbevordering loopt eind 2025 af. De inzet die we als gemeente hebben gedaan is bovenwettelijk en kunnen we mee stoppen. Inhoudelijk heeft dit wel gevolgen voor schoolbesturen PO, Bibliotheek en voor kinderen.

  • Samenwerking voor- en vroegschool

De scholen krijgen tot eind 2024 subsidie om een goede samenwerking tussen de voor- en vroegschool te faciliteren, zoals een warme overdracht van de voorschool naar de basisschool, gezamenlijke activiteiten, kennisoverdracht en het betrekken van ouders bij de overstap. We zien dit als reguliere taken van het onderwijs en stellen daarom voor deze subsidie te beëindigen. Dit heeft uiteraard wel gevolgen voor de kinderen en schoolbesturen in het PO en kan tot een versobering leiden in de samenwerking en overdracht.

  • Aflopen tijdelijke (subsidie)regelingen

In 2025 lopen een aantal tijdelijke landelijke regelingen af, zoals de regeling Nationaal Programma Onderwijs (NPO) en uitname uit het gemeentefonds van de DU Jeugd. We hebben destijds gekozen om met deze middelen niet alleen tijdelijke interventies uit te voeren, maar ook een impuls te geven aan interventies die we structureel willen maken. Deze ontwikkelingen drukken op de financiën in de onderwijsbegroting en zien we als een risico.

Jeugd DU
Het ministerie van OCW heeft afgelopen najaar een actieplan Voortijdig Schoolverlaten (vsv) naar de Tweede Kamer gestuurd. In dat kader worden de middelen van de DU Jeugd (€ 21,7 miljoen) met ingang van 2025 structureel toegevoegd aan het budget voor de (contact)gemeente voor het regionaal programma, op de begroting van het ministerie van OCW. De DU Jeugd wordt dan beëindigd. Deze uitname betreft voor Nijmegen meerjarig € 605.000.
De DU Jeugd zijn gemeentelijke middelen die betrekking hebben op het programma voortijdig schoolverlaten en daarom binnen het programma onderwijs zijn opgenomen. Deze middelen komen terug in de nieuwe regionale aanpak jongeren naar school of werk 2025-2029. Het is nog niet duidelijk in welke omvang deze middelen terugkomen en welke voorwaarden aan de inzet verbonden zijn.

Lasten & baten

37.469.131

3,5%

8.529.655

0,8%

Deze pagina is gebouwd op 11/15/2024 11:49:12 met de export van 11/15/2024 11:39:58