Paragrafen

Bedrijfsvoering

Artikel 213a Gemeentewet bepaalt dat het college periodiek onderzoek verricht naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het door het college gevoerde bestuur. Dit betekent dat het college zelf onderzoekt of zij met het gevoerde bestuur haar doelen bereikt (effectiviteit) in een afgewogen verhouding van prijs en kwaliteit (efficiëntie). De resultaten van dit onderzoek deelt zij met de raad, indien nodig voorzien van een verbeterplan.
Conform de Verordening periodiek onderzoek zenden wij gelijktijdig met de aanbieding van de stadsbegroting een onderzoeksplan naar de raad en naar de rekenkamer betreffende de in het erop volgende jaar te verrichten interne onderzoeken.

Conform verordening richten we ons op twee onderwerpen:

  1. Doeltreffendheid subsidiestroom aanpak energiearmoede (energiefixers)
  2. Doelmatigheid beleid fysieke toegang en beveiliging

Per onderzoek werken we het onderzoeksplan uit.

  1. Doeltreffendheid subsidiestroom aanpak energiearmoede (energiefixers)

Afweging

In 2013 is afgesproken dat jaarlijks een subsidiestroom wordt onderzocht op het bereiken van de doelstelling. Dit jaar richten we ons op de doeltreffendheid van de subsidieregeling voor de aanpak energiearmoede uit 2022. Primair doel van deze subsidieregeling is om energiearmoede te bestrijden en te voorkomen door bewoners te ondersteunen bij het structureel verlagen van de energiekosten. Belangrijke voorwaarden zijn onder andere dat het project aantoonbaar bijdraagt aan het verlagen van energierekeningen van bewoners/huishoudens en aan de ambitie van de gemeente Nijmegen om in 2045 een energieneutrale stad te zijn. Hiervoor zet de gemeente onder andere in op energiefixers die kleine en middelgrote effectieve energiebesparende maatregelen nemen bij huishoudens.
Om het gestelde doel te realiseren, verstrekt de gemeente subsidies van in totaal circa 4 miljoen euro aan Plan P (voorheen Kombisol). Deze subsidieverstrekking is in lijn met actielijn 4 van het uitvoeringsprogramma Energie besparen woningen programma 2023-2030 en is afkomstig van rijksmiddelen, waarvoor jaarlijks de sisa-verantwoording plaatsvindt. Deze subsidie loopt eind 2024 af en wordt niet verlengd, omdat de beoogde doelgroepen inmiddels bereikt zijn.

Wij zijn van mening dat we waardevolle lessen kunnen trekken uit een evaluerend 213a-onderzoek naar deze subsidiestroom. Deze zullen wij meenemen bij de voorbereidingen van nieuwe subsidieregelingen die nodig zullen zijn om in 2045 een energieneutrale stad te zijn. We zijn goed op weg om deze doelstelling te halen, maar er moeten nog flinke stappen gezet worden. Zo moeten 17.000 koopwoningen met een slecht energielabel geïsoleerd zijn, de gebouwde omgeving moet van het aardgas af gehaald zijn en we moeten voldoende duurzame energie opwekken. Zo is de tussendoelstelling om in 2030 geen E F of G energielabels meer te hebben en huizen met een energielabel D met 50% te zijn verminderd. Daarnaast verwachten we dat de geleerde lessen uit dit onderzoek ook op onderdelen toegepast kunnen worden bij de verstrekking van opdrachten voor de energietransitie.

Onderzoeksobject

De subsidiestroom aan Plan P en Huis van compassie met als doel om energiearmoede onder meer middels energiefix activiteiten, energiecoaching en doehetzelf coaching te bestrijden.

Reikwijdte van het onderzoek

We richten ons op de effecten van deze subsidie bij het bestrijden van energiearmoede bij Nijmeegse inwoners. Daarnaast willen we beoordelen in hoeverre deze subsidie heeft bijgedragen aan het verlagen van energierekening van bewoners en de ambitie van de gemeente Nijmegen om in 2045 een energieneutrale stad te zijn.

Onderzoeksmethode
Er zal sprake zijn van analyse van documenten van de gemeente Nijmegen (subsidieverlening, uitvoeringsplan, beleidsnotities) en – indien nodig én mogelijk – van Plan P en Huis van Compassie. Daarnaast zullen interviews een beeld geven over de resultaten. Dit zullen interviews zijn met medewerkers van de gemeente Nijmegen medewerkers van Plan P en Huis van Compassie.

Doorlooptijd van het onderzoek
Uitvoering is voorzien in 2025. Oplevering van inzichten is uiterlijk in het vierde kwartaal 2025 gewenst.

Wijze van uitvoering van onderzoek
Het onderzoek wordt uitgevoerd in samenwerking tussen verschillende interne teams van de organisatie. Het gaat dan om de afdeling Stadsontwikkeling, Stadscontrol en het team Onderzoek & Statistiek.

De waarborgen voor de onafhankelijkheid van de analyses, conclusies en aanbevelingen van het onderzoek
Stadscontrol begeleidt het onderzoek en stelt de bestuurlijke rapportage op. De Stadscontroller opereert als adviseur van het ambtelijk management en is onafhankelijk gepositioneerd.

  1. Doelmatigheid beleid fysieke toegang en beveiliging

Afweging

In 2013 is afgesproken dat jaarlijks een doelmatigheidsonderzoek wordt uitgevoerd. Doelmatigheid gaat over de mate waarin een maximale hoeveelheid producten en prestaties is gerealiseerd met een minimale hoeveelheid middelen of een hogere kwaliteit wordt bereikt met een gelijkblijvende hoeveelheid aan middelen. Het gaat dus over de optimale verhouding tussen ingezette middelen en de resultaten die daarmee worden behaald. Dit jaar richten we ons op de doelmatigheid van ons beleid rondom fysieke toegang en beveiliging van onze gemeente als belangrijke maatregelen voor informatiebeveiliging en het beschermen van (persoons)gegevens. In de BIO staat opgenomen op welke wijze fysieke beveiliging vormgegeven en geïmplementeerd moet worden.
Het doel van fysieke beveiliging is meerledig. Fysieke beveiligingsmaatregelen zoals onze toegangspoortjes, afgesloten ruimtes of deuren met kaartlezers zorgen ervoor dat alleen geautoriseerd personeel toegang heeft tot gevoelige informatie, hardware en/of IT-systemen. Door middel van beveiligingssystemen zoals alarmsystemen, bewakingscamera’s en beveiligingspersoneel wordt daarnaast het risico op fysieke inbraak en diefstal verminderd.

Het doel van dit onderzoek is om de doelmatigheid van het beleid rondom fysieke toegang en beveiliging binnen de gemeente te evalueren. Hierbij richten we ons op de vraag: In hoeverre worden de gewenste prestaties en beoogde maatschappelijke effecten op het gebied van fysieke beveiliging gerealiseerd met een zo optimaal mogelijke inzet van middelen. De uitkomsten van dit onderzoek zullen bovendien helpen bij de hernieuwde risicoafweging m.b.t. fysieke beveiligingsmaatregelen.

Onderzoeksobject:
We richten ons op de maatregelen rondom fysieke toegang en beveiliging. Specifiek gaan we kijken naar maatregelen die genomen zijn en worden door bureau facilitaire zaken van de afdeling Personeel, Informatie en Facilitair. Te denken valt aan de werking van toegangspoortjes, afgesloten ruimtes, deuren met kaartlezers, afgifte en inleveren van toegangspasjes, beleid rondom inname en afleveren van goederen, beleid van onderhoud gebouwen en mogelijk andere maatregelen.

Reikwijdte van het onderzoek
Betreft de naleving door medewerkers binnen de gemeente Nijmegen. We concentreren ons op de locaties Mariënburg, Stadshuis en de RAN. We onderzoeken de periode vanaf de invoer van de poortjes in het Stadhuis en de Mariënburg (1 oktober 2021) tot heden.

Onderzoeksmethode
We voeren een analyse uit van bestaande beleidsdocumenten, protocollen, procedures en eerdere onderzoeken en aanbevelingen met betrekking tot fysieke toegang en beveiliging. Daarnaast inventariseren we de fysieke beveiligingsmaatregelen die momenteel in gebruik zijn. Tevens zullen interviews en steekproefsgewijze waarnemingen een beeld geven van de naleving uitvoering van beveiligingsmaatregelen binnen de organisatie. Tot slot willen wij een aantal vragen beantwoorden. Dit doen wij onder andere door ons huidige beveiligingsniveau te vergelijken met best practices en normen binnen de sector (BIO). Zijn de beveiligingsmaatregelen kosteneffectief én proportioneel en relevant ten opzichte van de specifieke risico's die ze moeten adresseren? Welke stappen zouden we moeten zetten voor een hoger beheersingsniveau en welke aanvullende kosten zou dit met zich meebrengen? En hoe verhouden deze zich tot de opbrengsten? Kunnen we met minimale inzet van extra middelen de risicobeheersing significant verbeteren? Of kunnen we juist met kleine aanpassingen significante kosten besparen? Uiteindelijk willen we met het beantwoorden van deze vragen identificeren welke optimalisaties mogelijk zijn om de doelmatigheid te vergroten zonder afbreuk te doen aan de fysieke beveiliging.

Doorlooptijd van het onderzoek
In de loop van 2025. De resultaten worden uiterlijk in het vierde kwartaal van 2025 gepresenteerd.

Wijze van uitvoering van onderzoek
Het betreft een intern onderzoek. Het onderzoek zal onder leiding van de Stadscontroller uitgevoerd worden.

De waarborgen voor de onafhankelijkheid van de analyses, conclusies en aanbevelingen van het onderzoek
De Stadscontroller opereert als adviseur van het ambtelijk management en is onafhankelijk gepositioneerd. Zijn team zal het onderzoek begeleiden en de bestuurlijke rapportage optekenen.

Deze pagina is gebouwd op 11/15/2024 11:49:12 met de export van 11/15/2024 11:39:58