Bedrijven Investeringszone
Ten tijde van het opstellen van de Stadsbegroting 2025-2028 loopt een onderzoek of het mogelijk is om een Bedrijven investeringszone (BIZ) op te richten voor de ondernemers op bedrijventerrein TPN-West in Nijmegen met ingang van 2025. Een BIZ is een afgebakend gebied waar ondernemers samen investeren in de kwaliteit van hun bedrijfsomgeving (bijvoorbeeld ten aanzien van leefbaarheid, veiligheid, promotie- en internetactiviteiten). Ondernemers in deze zone moeten een BIZ-bijdrage betalen aan de gemeente. Hiervoor krijgen zij een aanslag van de gemeente. De gemeente betaalt deze verplichte bijdrage terug als subsidie aan een door de ondernemers opgerichte Stichting of Vereniging onder aftrek van de door de gemeente gemaakte kosten (methodiek vergelijkbaar met de reclamebelasting). De Wet op de Bedrijveninvesteringszones (BIZ-wet) stelt echter specifieke eisen waaraan voldaan moet worden. Bijvoorbeeld de looptijd van de BIZ, de hoogte van de bijdrage (% van de WOZ-waarde) en aan welke eisen de oprichting moet voldoen.
In hoeverre bovenstaande BIZ zal worden ingevoerd met ingang van 2025 is afhankelijk van besluitvorming door de raad in december 2024 en de uitkomst van de wettelijk verplicht uit te voeren draagvlakmeting onder de betreffende ondernemers. Deze draagvlakmeting kan pas worden uitgevoerd na vaststelling van de op te stellen verordening Bedrijveninvesteringszone ondernemers bedrijventerrein TPN-West 2025-2029 (looptijd maximaal 5 jaar) door de raad. Dit betekent dat de draagvlakmeting op zijn vroegst in het eerste kwartaal van 2025 kan worden uitgevoerd conform de eisen die de BIZ-wet hieraan stelt. Als ook hier de uitslag positief is, kan de betreffende verordening met terugwerkende kracht per 1 januari 2025 worden ingevoerd. Gezien voorstaande is in deze Stadsbegroting daarom nog geen rekening gehouden met de financiële baten en lasten als gevolg van een eventuele invoering van deze BIZ. Voor de gemeente loopt het in ieder geval, zoals uit bovenstaande blijkt, budgetneutraal.
Maximering OZB
De nieuwe coalitie van PVV, VVD, NSC en BBB gaat de jaarlijkse stijging van de OZB aan banden leggen blijkt uit het hoofdlijnenakkoord 2024-2028 ‘Hoop, lef en trots’. Hoe dit eruit gaat zien en wat de maximale stijging zal mogen zijn, staat niet in dit hoofdlijnenakkoord en moet nog nader worden uitgewerkt. Ten tijde van het opstellen van de Stadsbegroting 2025-2028 (augustus 2024) is hier nog geen nadere invulling aan gegeven door bovengenoemde coalitiepartners. Het is daarom nog onbekend hoe dit er mogelijk uit gaat zien en wat het eventueel (financieel) voor de gemeente Nijmegen zou kunnen gaan betekenen in de toekomst.
Reclamebelasting
Op 20 december 2023 heeft de raad, bij het vaststellen van de Verordening reclamebelasting 2024, besloten om naar aanleiding van de uitgevoerde evaluatie van het Binnenstadsfonds (collegevoorstel ‘Evaluatie Binnenstadsfonds’ van 11 juli 2023 en raadsinformatiebrief ‘Evaluatie en continuering Binnenstadsfonds’ van 1 november 2023) de tarieven reclamebelasting jaarlijks met 10% extra te verhogen boven op het jaarlijkse gemeentelijke indexeringspercentage (2025: 4,57%). In deze Stadsbegroting is deze totale verhoging van de tarieven reclamebelasting met 14,57% verwerkt.
Invoering Omgevingswet en Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb)
Op 1 januari 2024 is zowel de Omgevingswet (Ow) als de Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) in werking getreden. Waar de Ow volledig en direct van kracht is geworden, is - voor wat betreft de Wkb – ervoor gekozen om deze wet gefaseerd in te voeren. In een Kamerbrief van juni 2024 heeft de Minister van BZK voorgesteld om het besluit om verbouwactiviteiten per 1 januari 2025 onder het stelsel van kwaliteitsborging te brengen, uit te stellen.
Verbouwactiviteiten zullen daarom niet per 1 januari 2025 onder de Wkb komen. Wanneer dan wel, is vooralsnog niet bekend. Net als in 2024 blijft het dan ook voor het jaar 2025 lastig inschatten wat de financiële gevolgen zijn van deze uitgestelde invoering van de Wkb. We blijven dicht bij de huidige werkwijze en blijven de effecten monitoren. Dit betekent dat we de evaluatie zoals toegezegd bij de vaststelling van de Legesverordening 2024 (20 december 2023) later uitvoeren en de daaruit volgende wijzigingen worden verwerkt in de Legesverordening 2026.